Kinderen, weest uw ouders gehoorzaam in de Here, want dat is recht. Eer uw vader en uw moeder - dit is immers het eerste gebod, met een belofte - opdat het u welga en gij lang leeft op aarde. (Efeze 6:1-3)
In de bovenstaande tekst vermaant de apostel Paulus kinderen om hun ouders te gehoorzamen en hun vader en moeder te eren. Met het gebod om de ouders te eren verwijst hij naar de tien geboden: Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de Here, uw God, u geven zal.(Exodus 20:12).
Het is dus wel duidelijk dat Paulus niet leert dat de tien geboden niet meer zouden gelden voor de gelovigen. Immers hij verwijst naar dit gebod voor de heiligen en gelovigen in Christus Jezus. (Efeze 1:1).Ook de verwijzing in Exodus naar het leven in het land dat de Here aan de Israëlieten geven zal weerhoudt hem niet om het gebod toe te passen op gelovigen uit de volkeren. Laat het duidelijk zijn: Het niet meer leven onder de wet maakt de wet niet ongeldig. Oftewel: we worden niet gerechtvaardigd door de wet maar we houden ons er wel aan.
Het is opvallend dat het eren van vader en moeder een belofte in zich draagt: opdat het u welga en gij lang leeft op aarde.Op dit principe, namelijk dat gehoorzaamheid aan Gods geboden een positief gevolg voor je leven op aarde heeft, wil ik verder ingaan.
Ja maar, zal iemand zeggen: ons burgerschap is toch in de hemelen? Wij moeten ons toch richten op wat boven is? Het leven op aarde is toch niet belangrijk? In antwoord wil ik hier op aanmerken, dat juist in de brief aan de Efeziërs, waarin Paulus dikwijls naar de hemel verwijst (bv: Ef.1:3; 2:6), hij hier toch verwijst naar het leven op aarde. Het feit dat wij volledig geborgen zijn in Christus in de hemelse gewesten doet niets af aan het feit dat God wil dat wij Hem hier op aarde gehoorzamen. En deze gehoorzaamheid geeft zegen voor het leven hier op aarde.
Onze positie in Christus is ons gegeven uit genade. Aan deze positie kan niets of niemand iets veranderen! Of het ons echter goed gaat op aarde kan veelal samenhangen met onze levensstijl en/of gehoorzaamheid aan God. Eenvoudigweg geldt het volgende principe: wat je zaait, zal je oogsten. Om het met de woorden van Paulus te zeggen: Dwaalt niet, God laat niet met Zich spotten. Want wat een mens zaait, zal hij ook oogsten. Want wie op (de akker van) zijn vlees zaait, zal uit zijn vlees verderf oogsten, maar wie op (de akker van)de Geest zaait, zal uit de Geest eeuwig leven oogsten. (Gal.6:7-8).
Leert Paulus hier dan een loon naar werken? Je hard inspannen om de hemel te verdienen? Ik denk het niet. Dit zou in strijd zijn met de rest van de Bijbel. Nee waar het hier om gaat is dat onze levensstijl wel degelijk gevolgen heeft. Paulus zegt hier zelfs: lichamelijk gevolgen. Immers hij heeft het hier over verderf oogsten uit het vlees. Wat hij hier zegt stemt overeen met de beloften in het Oude Testament waar welzijn wordt beloofd aan hen die God gehoorzamen en zijn geboden gehoorzamen. Bijvoorbeeld:
Spreuken 4:20, 22: Mijn zoon, sla acht op mijn woorden, neig uw oor tot mijn uitspraken (vers 20) Want zij zijn leven voor wie ze vinden, genezing voor hun ganse lichaam.(vers 22)
Of: Welzalig de man die niet wandelt in de raad der goddelozen, die niet staat op de weg der zondaars, noch zit in de kring der spotters; Maar aan des Heren wet zijn welgevallen heeft, en diens wet overpeinst bij dag en bij nacht. Want hij is als een boom, geplant aan waterstromen, die zijn vrucht geeft op zijn tijd, welks loof niet verwelkt; al wat hij onderneemt, gelukt. (Psalm 1:1-3)
Jammer genoeg denken wij vaak bij de gevolgen van onze gehoorzaamheid aan het leven na de dood. In de zin van: als ik God gehoorzaam word ik na dit leven beloond en als ik God ongehoorzaam ben wordt ik na dit leven bestraft. (eigenlijk dus een soort boontje komt om zijn loontje). En het is natuurlijk zo dat iedereen na zijn leven rekenschap zal afleggen voor zijn daden (Rom.14:12). We moeten echter niet vergeten dat de gehoorzaamheid en/of ongehoorzaamheid aan God reeds grote gevolgen heeft voor het leven hier op aarde.
En natuurlijk bedoel ik hier niet mee dat ieder waarmee het slecht gaat vanzelfsprekend in ongehoorzaamheid leeft. Het boek Job leert ons dat we zo niet moeten denken. Immers Job leefde een rechtvaardig leven en toch overkwam hem de ene ellende na de andere, waaronder lichamelijke ziekte (Job 2:7)
Maar toch kan er wel degelijk een link zijn tussen ons welzijn en onze levensstijl Er is wat dat betreft een wisselwerking tussen onze geest en ons lichaam. Veel ziekten hebben ook geestelijke oorzaken (denk aan psychosomatische ziekten). Een verdorven geest kan een verdorven lichaam tot gevolg hebben.
In Gal. 6:7-8 worden zaaien en oogsten met elkaar vergeleken. Hierbij valt het op dat met name de plaats waar gezaaid wordt van belang is. Je kan zaaien op de akker van het vlees of je kan zaaien op de akker van de geest. Als je zaait op de akker van het vlees oogst je verderf, als je zaait de akker van de geest oogst je eeuwig leven.
Het zaaien op de akker van het vlees betekent hier: wandelen naar het vlees. Datgene doen wat de zonde of het kwaad je ingeeft. Oftewel: niet luisteren naar Gods geboden maar Hem ongehoorzaam zijn. In Gal. 5:19-21 wordt opgesomd wat zaaien op de akker van het vlees inhoudt: Het is duidelijk, wat de werken van het vlees zijn: hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, nijd, dronkenschap, brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw, zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen beërven.
Ik denk dat we bij ieder werk van het vlees wel een gevolg voor het leven hier op aarde kunnen bedenken, of kennen we nu werkelijk mensen die bijvoorbeeld een losbandig leven leiden zonder dat dit enig gevolg heeft? En is het niet bekend dat mensen vervuld van haat (nijd) dikwijls last hebben van maagkwalen? En kennen we niet de financiële en lichamelijke gevolgen van brasserijen? Het leven naar het vlees, zaaien op de akker van je vlees maakt je leven kapot. Misschien merk je het niet direct. Het is als een zaadje wat gezaaid is. In eerste instantie merk je niet veel, maar na een tijd (misschien wel jaren) wordt de oogst zichtbaar. Een oogst die uiteindelijk uitmondt in ondergang, de dood, immers je hebt geen deel aan het koninkrijk van God. Om het met de woorden uit Psalm 1 te zeggen: de weg der goddelozen vergaat (Psalm 1:6)
Wat een verschil met het zaaien op de akker van de geest. De vrucht van deze levensstijl wordt beschreven in Gal. 5:22. Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.
Hier wordt gesproken van vrucht en niet van werken. Dit is opvallend, want de vrucht is het resultaat van het gezaaide zaad. De vrucht is datgene wat het zaad oplevert, dus in feite beschrijft Paulus hier de oogst. In Gal. 6:7 zegt hij dat de oogst het eeuwige leven is, en hier worden de kenmerken genoemd van het eeuwige leven. Ook bij het eeuwige leven denken we meestal aan ons toekomstige leven na de dood. Dit is gedeeltelijk waar. Het eeuwige leven is toekomstig, maar reeds begonnen op het moment dat wij Christus ontvangen in ons leven. Eenvoudigweg: God heeft ons eeuwig leven gegeven en dit leven is in zijn Zoon. (1 Joh.5:11).
Hij in ons is het eeuwige leven. Vrucht oogsten betekent dan ook dat Christus zichtbaar wordt in je leven. De vrucht van de Geest is dan ook de vrucht van Christus. Als gelovige ga je zijn karakter weerspiegelen. Het is vrucht. Maar er moet wel gezaaid worden! Gezaaid worden op de akker van de Geest, zodat de Geest vrucht voortbrengt.
Het is nu de vraag hoe je dat doet? Want aan de ene kant kan een mens zelf geen vrucht voortbrengen immers dat kan de Geest alleen, aan de andere kant wordt van ons verwacht dat we zaaien. Toch wijst de Bijbel ons een richting. Namelijk: het zaad is Gods Woord. Bijvoorbeeld in de gelijkenis van de zaaier zegt Jezus over het zaad wat gezaaid wordt: De zaaier zaait het woord. (Mark.4:14). In Jesaja 55:11 zegt de profeet over het woord: Alzo zal mijn woord, dat uit mijn mond uitgaat, ook zijn; het zal niet ledig tot Mij wederkeren, maar het zal doen wat Mij behaagt en dat volbrengen, waartoe Ik het zend. Het ligt in de lijn van Spreuken 16:20: Wie op het woord acht geeft, zal het goede vinden; ja, welzalig hij, die op de Here vertrouwt.
Zaaien op de akker van de Geest doe je met het Woord van God. Je laat je geest vullen met zijn woorden en gedachten, en je laat je vullen met Hem zodat Christus gestalte krijgt in je leven. En om weer terug te komen bij het begin: Ook de tien geboden (of liever gezegd, de tien woorden) zijn het woord van God. Als je zaait op de akker van de Geest zeg je dan ook met de Psalmist: Hoe lief heb ik uw wet! Zij is mijn overdenking de ganse dag. (Psalm 119:97). En: Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad. (Psalm 119:105).
Als we dit toepassen ontvangen we ook de belofte: Zij, die uw wet liefhebben, hebben grote vrede, er is voor hen geen struikelblok.(Psalm 119:165) Je zal zijn als een boom, geplant aan waterstromen, die zijn vrucht geeft op zijn tijd, welks loof niet verwelkt; al wat hij onderneemt, gelukt. (Psalm 1:3)
Voetnoot: Alle Bijbelteksten in deze overdenking zijn ontleend aan: Vertaling 1951 in opdracht van het Nederlands Bijbelgenootschap bewerkt door de daartoe benoemde commissies , © Nederlands Bijbelgenootschap, 1951