Niet een ieder, die tot Mij zegt: Here, Here, zal het Koninkrijk der hemelen binnengaan, maar wie doet de wil mijns Vaders, die in de hemelen is (Mat.7:21)
Met de uitdrukking `geen woorden maar daden` bedoelen we dat je de dingen niet alleen moet zeggen, maar dat je ook moet doen wat je zegt. En dat is niet altijd gemakkelijk. Ook niet voor gelovigen.
Ja, het is gemakkelijk om tegen iemand die in put zit om te zeggen: “ik zal voor je bidden”. Het is echter beschamend om er een week later achter te komen dat je vergeten bent om te bidden. Het is nog beschamender als de betreffende persoon naar je toekomt en zegt: “ Dank je wel voor je gebed!” Durven we dan ook te zeggen: “ik ben vergeten om voor je te bidden”?
Woorden die niet in de praktijk gebracht worden. We zijn er allemaal wel eens schuldig aan. Dat maakt het echter niet minder ernstig. Misschien is het wel één van de hoofdredenen waarom mensen van het geloof afhaken. “Het is één grote hypocrisie!” zo zegt men. “Woorden en nog eens woorden, maar in de praktijk zie je er weinig van!”
Nu weet ik wel, dat dit wat overdreven is, want Gode zij dank, worden ook heel veel woorden wèl in de praktijk gebracht. Toch is het goed om er bij stil te staan. Want één ding staat vast: als we de dingen die we zeggen niet in de praktijk brengen, kunnen we beter onze mond houden.
Bijbels onderwijs heeft maar één doel: mensen veranderen naar het beeld van Jezus Christus. Oftewel: dat gelovigen de wil van de Hemelse Vader gaan doen. Dat is toch wat we bidden? Uw wil geschiede? (Mat.6:10). Of zijn dat ook maar woorden die we zelf niet in de praktijk willen brengen?
Je vraagt je ook af: wat heeft al dat gepreek, al dat onderwijs voor zin als er in de praktijk niets of weinig van te zien is? Wat heeft het voor zin om geweldige leerstellingen ten toon te spreiden als deze leerstellingen niet leiden tot levensverandering? Ja ook als prediker kan je de mooiste preken houden en de complimenten van je toehoorders in je zak steken, maar hebben diezelfde preken ook een levensveranderende uitwerking? Ook voor jezelf als prediker?
Bijvoorbeeld, wat heeft het voor zin om een spitsvondig theologisch betoog te houden over het thema: `Jezus is Heer`, als je Hem in je leven niet als Heer wil gehoorzamen? Dan doen we toch precies wat de tekst boven deze overdenking zegt? We noemen Hem Here Here, maar willen niet gehoorzamen en de wil van de Hemelse Vader doen.
In Rom. 1:5 zegt Paulus dat hij het apostelschap heeft ontvangen om gehoorzaamheid des geloofs te bewerken voor zijn naam onder al de heidenen.
Gehoorzaamheid des geloofs, dat wil eigenlijk zeggen dat geloof gekenmerkt wordt door gehoorzaamheid. Je kan het niet scheiden. Je kan niet zeggen: ik geloof wel, maar ik ga niet gehoorzamen. Nee, als je gelooft dan gehoorzaam je. De twee zijn onafscheidelijk. Paulus wilde dat geloof door zijn verkondiging verspreiden: gehoorzamend geloof!
Zoals ik al eerder in mijn overdenkingen heb geschreven is geloven veel meer dan het aanvaarden, of voor waar houden van bepaalde leerstellingen. Nee, geloven is vertrouwen. Vertrouwen op God en zijn Zoon. En als je Hem vertrouwt, dan kan het niet anders dan dat dit een praktische uitwerking in je leven heeft.
De ware leer moet mijns inziens dan ook leiden tot ware gehoorzaamheid. En dit geldt voor alle thema`s die wij vanuit de Bijbel kunnen bestuderen. Bij elk thema mag je gebed zijn: Here wat heeft dit te betekenen voor mijn leven?
Het kan toch niet zo zijn, om maar een voorbeeld te noemen, dat we met elkaar discussiëren over het thema `de liefde van God` en elkaar daarbij bijna in de haren vliegen omdat we het niet eens kunnen worden? Het kan toch niet zo zijn dat we op grond van onze Bijbelgetrouwe leer, niet willen omgaan met gelovigen die het `anders` zien? Willen wij dan de woorden van Paulus uit Efeze 4:3 om ons te beijveren de eenheid des Geestes te bewaren door de band des vredes niet in de praktijk brengen? Of zijn we vergeten dat deze woorden van Paulus ook deel uitmaken van onze Bijbelgetrouwe leer?
Misschien kennen we de term wel: dode orthodoxie. Dat wil zeggen: je bent recht in de leer (orthodox), maar er zit geen leven in, het is dood. Leer zonder gehoorzaamheid is een dode leer. Misschien klopt het wel naar de letter, maar het heeft geen praktische uitwerking.
In 1 Kor.2:4-5 schrijft Paulus: mijn spreken en mijn prediking kwam ook niet met meeslepende woorden van wijsheid, maar met betoon van geest en kracht, opdat uw geloof niet zou rusten op wijsheid van mensen, maar op kracht van God.
Meeslepende woorden van wijsheid, zijn woorden die indruk maken, woorden waarnaar men luistert en waarover men zegt: “dat was mooi!, Geweldig! Wat een begaafd spreker!” Nee, op dit soort complimenten was Paulus niet uit. Hij wilde geen complimenten. Hij wilde het geloof (=vertrouwen) van de toehoorders bouwen. En dit geloof moest rusten op de kracht van God (letterlijk vertaald staat hier: geloof in macht van God.)
Als je gelooft in de macht van God, dan vertrouw je op Hem en dit vertrouwen leidt tot gehoorzaamheid. Daarom wilde Paulus ook dat zijn prediking gepaard ging met betoon van geest en kracht. Nee, geen dode orthodoxie, geen dode leer! Maar levend. Vol van geest en kracht. Mag dat ons gebed zijn: een levende leer van een levende Heer, dat leidt tot een levend geloofsleven.
Dooft de Geest niet uit, veracht de profetieën niet, maar toetst alles en behoudt het goede. Onthoudt u van alle soort van kwaad. En Hij, de God des vredes, heilige u geheel en al, en geheel uw geest, ziel en lichaam moge bij de komst van onze Here Jezus Christus blijken in allen dele onberispelijk bewaard te blijven. Die u roept, is getrouw; Hij zal het ook doen (1 Tes.5:19-24)
Voetnoot: Alle Bijbelteksten in deze overdenking zijn, tenzij anders aangegeven, ontleend aan: Vertaling 1951 in opdracht van het Nederlands Bijbelgenootschap bewerkt door de daartoe benoemde commissies, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap, 1951.